Een gazon aanleggen
Voorbereiding
De grond omspitten tot op een diepte van ongeveer 30 cm. Het inwerken van compost of een organische gazonmeststof bij de voorbereiding van het terrein verbetert de structuur van de grond en zorgt voor een basisvoeding van de nieuwe grasmat. Onkruid en hun wortelgestel en stenen worden zorgvuldig verwijderd, aardkluiten worden verkruimeld. Het terrein mooi egaliseren en laten bezakken. De grond fijn harken en aandrukken met een tuinrol tot de oppervlakte effen en vast is.
Zaaien
Zaai bij windstil weer in een vochthoudende grond. Voor het zaaien de bovenste laag van het terrein losharken. Het zaad vooraf goed mengen en verdelen in functie van de oppervlakte, op basis van een zaaidichtheid van 30 g/m². Zaai in twee richtingen die loodrecht op elkaar staan. Het zaad wordt ingeharkt (1 à 2 cm diep) en aangedrukt, met een rol of een plank.
Opkomst
De snelheid van opkomst is nauw verbonden met de weersomstandigheden en het seizoen. Vocht en warmte versnellen de opkomst. Bij grote droogte kan het ingezaaide terrein beregend worden. Na 2 tot 3 weken veschijnen de eerste groene sprietjes. Tijdens de kieming zullen zich ook onkruiden ontwikkelen. De meeste zullen verdwijnen wanneer het gazon gemaaid en onderhouden wordt, maar wieden kan geen kwaad. Hardnekkige onkruiden kan men behandelen met een selectief bestrijdingsmiddel, vanaf 3 maanden na het zaaien.
De eerste maaibeurt
Maai het jonge gazon een eerste keer als het gras ca. 6-8 cm hoog is, maar niet korter dan 4 cm. Regelmatig maaien bevordert het dichtgroeien van de grasmat.
Voor meer informatie: klik hier